Rooms-Katholieke Jonge Boerenstand (RKJB)

Voorloper van de KPJ

In 1920 ontstaat er een organisatie voor jonge boeren van 18 tot 28 jaar, de Roomsch Katholieke Jonge Boerenstand (RKJB).
Het verslag van de Noordbrabantse Christelijke Boerenbond (NCB) over 1922 vermeldt het volgende:


``Op vele plaatsen was het meer dan tijd dat er verandering kwam in denkwijze en levensgang van onze Roomsche jonge boeren. Ook aan dezen was de tijdgeest, genotzucht en gemis aan godsdienstige levensernst, niet schadeloos voorbij gegaan. De langdurige mobilisatie bracht nieuwe en niet altijd verbeterde gedachten en gevaarlijk misbruiken onder het boerenvolk, onder de jongeren vooral. Het peil van godsdienstige kennis bij het nieuwe geslacht daalde niet zelden verre beneden het minimum…..``
Als oorzaak wordt genoemd;
``De Zondagsche fiets, ook hier en daar een overdreven sportgeest, hebben de bijeenkomsten van de Heilige Familie, Congregatie en andere bijeenkomsten ontvolkt``

RKJB

Van de Noord- Brabantse Christelijke Boerenbond (NCB) is in 1921 de Room-Katholieke Jonge Boerenstand (RKJB) opggericht, aanvankelijk om de jonge boeren te bekwamen in het boerenbedrijf. Er waren cursussen boekhoudkunde en varkensbeoordeling.  Het doel was het bevorderen van de ontwikkeling van jonge boeren en tuinders op geestelijk, lichamelijk, technisch en economisch gebied. Onderling waren er bv. ploeg- en spitwedstrijden.

Om lid te worden moest men ongehuwd zijn en jonger dan 29 jaar.  Het doel van deze vereniging was later wat ruimer; zich ontwikkelen en ontspannen, door het beoefenen van cultuur, sport en spel.

 

Eén van de voorzitters van de Eerdse RKJB, opgericht in 1923, was Ben van den Oever. ‘Hij ‘regeerde’ van omstreeks 1936 tot in de jaren vijftig. Eerst als secretaris en enige tijd later als voorzitter’, zo staat te lezen in de Eerdse Klanken van 1983. Ben vertelt over die tijd het volgende: ‘Toen werden er b.v. proefvelden aangelegd. Daar werden dan verschillende landbouwproducten op gezaaid of gepoot zoals aardappelen. Van de Kring kreeg je vier verschillende soorten rassen die je op kwaliteit mocht testen. Opzet was om er wat van te leren. Verder waren er land- en tuinbouwcursussen en af en toe excursies.’ De boeren hielpen elkaar ook bij ziekte en bij het oogsten.

Foto Collectie Archief KPJ

Bovenste rij v.l.n.r.: 

Willy van Houtum, Jan v.d. Sande, Willy v.d. Berkmortel, Tiny van Lankvelt, Wim van Heeswijk, Thieu v.d. Berkmortel, Wim van de Ven en Frans van de Ven.

Tweede rij v.l.n.r.:

Johan van den Tillaart en Tonny van Houtum

Onderste rij v.l.n.r.: 

Henk v.d. Linden, Harrie van den Tillaart, Piet van de Ven, Gerard Steenbakkers en Bert van Boxtel

Sportdag

Een RKJB sportdag begon steevast met een Heilige Mis in de plaatselijke parochiekerk en bestond verder uit onder meer verplichte en vrije gymnastische muziek oefeningen, touwtrekken, piramidebouw, diverse atletieknummers, massadefilé etc.

Later mochten er ook meisjes lid worden van de R.K.J.B. Zij deden op muziek, gymnastische oefeningen De Boerinnenbond besluit dan ook om voor haar jeugdige en ongehuwde leden een aparte organisatie op te richten. De zogenaamde BJB, de Boerinnen Jeugd Bond. Deze jonge vrouwen hadden o.a. een korfbalteam en een gymclub (ritmische oefeningen op muziek).

Voorste rij v.l.n.r.:

Nellie Vissers, Riek Verhagen, Riek van Rijbroek, Bertha van Zutven en An van Houtum

Middelste rij v.l.n.r.:

Miet van Zutven, Riek v.d. Berkmortel, Annie van Zutven, Jans van Lieshout, Dina Steenbakkers, Johanna van Lieshout, Zus van den Tillaart, Leentje Krol en Bertha Vissers.

Achterste rij v.l.n.r.:

Anneke Vissers (boven naast vlag), Jans Krol, Jo Verkuijlen, Maria Steenbakkers, Bertha Verkuijlen en ?